ALGEMENE MONTAGEVOORWAARDEN BEDRIJFSINRICHTING NEDERLAND.
Artikel 1: Toepasselijkheid
1.1 Montagevoorwaarden hebben betrekking op alle montage- en installatiewerkzaamheden, de opstelling en de inbedrijfstelling van de onderhavige magazijninrichting.
1.2 Bouwkundige werkzaamheden, zoals grond-, metsel-, timmer-, loodgieters- en elektrotechnische werkzaamheden maken geen onderdeel uit van de montagewerkzaamheden.
Artikel 2: Administratieve verplichtingen
2.1 Indien een bouwvergunning noodzakelijk is, dan is koper/opdrachtgever verantwoordelijk voor de tijdige beschikbaarheid van deze bouwvergunning.
2.2 De koper/opdrachtgever stelt tijdig alle relevante informatie noodzakelijk voor het opstellen van evt. arbo-plan/V&G-plan beschikbaar.
2.3 De koper/opdrachtgever stelt tijdig de relevante bedrijfsspecifieke voorschriften beschikbaar.
Artikel 3: Aanvoer van het te monteren goed
3.1 Koper/opdrachtgever stelt een losplaats beschikbaar, zo dicht mogelijk bij de opslagplaats, maximaal 15 meter van de montage of demontageplaats, waarbij de aanvoerwegen geschikt zijn voor de inzet van een 38-tons vrachtwagencombinatie. Voorts dienen aan- en afvoerwegen binnen de bouwlocatie voldoende breed en vrij van obstakels te zijn.
3.2 Koper/opdrachtgever is verantwoordelijk voor het lossen van de te monteren materialen.
3.3 Koper/opdrachtgever is verantwoordelijk voor de beschikbaarheid van een afsluitbare en overdekte ruimte vanaf 3 dagen voor aanvang en gedurende de looptijd van de montagewerkzaamheden.
Artikel 4: Aanvang werkzaamheden
4.1 Opname startsituatie vastleggen middels een protocol, te ondertekenen door vertegenwoordiger verkoper/opdrachtnemer en koper/opdrachtgever.
4.2 Op het overeengekomen tijdstip kan ook werkelijk worden aangevangen met de montage.
4.3 Indien achteraf door de koper/opdrachtgever het aanvangstijdstip van de montage wordt verschoven, dan dient het nieuwe tijdstip in wederzijdse afstemming te worden vastgesteld. Dit omdat naarmate het besluit om te verschuiven dichter bij het oorspronkelijke aanvangstijdstip wordt genomen, bij verkoper/opdrachtnemer de flexibiliteit steeds verder zal zijn afgenomen om zich volledig te kunnen aanpassen aan de nieuwe situatie. Voor het geval de productieplanning niet meer kan worden aangepast aan het nieuwe aanvangstijdstip, behoudt verkoper/opdrachtnemer zich het recht voor om als gevolg hiervan ontstane meerkosten in rekening te brengen (extra opslag-, organisatiekosten e.d.).
4.4 Door koper/opdrachtgever wordt het “hoogste punt” van de vloer vastgesteld en gedefinieerd als nulniveau voor de stellingmontage. De koper/opdrachtgever verzorgt tenminste twee loodrecht op elkaar staande assen op de vloer; de lengte- en dwarsas met betrekking tot de stelling lay-out.
4.5 Afgewerkte vloer, voldoende uitgehard en moet voldoen aan de in de NEN 2747 vastgelegde vlakheidtoleranties en voldoende draagvermogen hebben in relatie met de optreden puntdrukbelastingen, voldoende kwaliteit zodat de verankering van de installaties geborgd is. Het noodzakelijke ondergieten, ondermortelen dan wel onderstoppen wordt als meerwerk verrekend. Het gebruik van uitvulplaatjes zal zich gemiddeld beperken tot
a) legbordstellingen, 1,5 m.m.
b) overige stellingtypen, 3,0 m.m.
c) per draagarmstellingkolom, 8,0 m.m.
4.6 Montageplaats is zodanig voorbereid, dat de monteurs zonder stagnatie en met in achtname van de veiligheidsvoorschriften de montagewerkzaamheden in een vrije montageruimte kunnen uitvoeren.
4.7 Koper/opdrachtgever is verantwoordelijk voor de maatregelen (afschermingen, vergunningen, e.d.) noodzakelijk voor het uitvoeren van laswerkzaamheden.
4.8 Wachturen veroorzaakt door nalatigheid koper/opdrachtgever worden verrekend tegen …. tarief*. Verkoper/opdrachtnemer verstrekt wekelijks aan koper/opdrachtgever een overzicht van de ontstane wachturen.
* Hier is bedoeld een formulering waardoor het niet noodzakelijk is om ingeval van loonsverhoging, inflatiecorrectie e.d. de algemene levervoorwaarden te moeten wijzigen.
Artikel 5: Betonvloer
5.1 Opdrachtgever dient er voor zorg te dragen dat de vloer geschikt is voor de optredende belasting en voor eventueel verankeren.
5.2 Kleine niveau verschillen van de vloer (tot 4 mm) worden tijdens montage verwerkt.
5.3 Grotere niveau verschillen dan 4 mm, extra kosten voor het uitvullen, zullen als meerwerk worden doorberekend aan opdrachtgever.
5.4 Bedrijfsinrichting Nederland is niet verantwoordelijk voor de kwaliteit of afwerking van de betonvloer en kan nooit aansprakelijk worden gesteld voor het doorboren van bewapening, kabels en/of leidingen.
Artikel 6: Uitvoering werkzaamheden
6.1 De montageplaats is toegankelijk voor medewerkers van verkoper/opdrachtnemer van 07.00 uur tot 18.00 uur; bij de noodzaak tot overwerk zal verkoper/opdrachtnemer koper/opdrachtgever hieromtrent tijdig informeren.
6.2 Koper/opdrachtgever is verantwoordelijk voor een adequate verwarming en verlichting van de montageplaats.
6.3 Koper/opdrachtgever stelt kosteloos een 220V en 380V stroominstallatie beschikbaar.
6.4 Koper/opdrachtgever stelt kosteloos kantinefaciliteiten beschikbaar
6.5 Koper/opdrachtgever stelt –zonder tijdsonderbreking- kosteloos beschikbaar een heftruck en indien nodig een hoogwerker met een voldoende hefhoogte en –capaciteit, en platform
6.6 Aan weerszijde van de montageplaats is een strook van 2,5 m breed beschikbaar om een ongehinderde montageverloop mogelijk te maken.
6.7 Koper/opdrachtgever is verantwoordelijk voor de afvoer van afval- en verpakkingsmateriaal.
6.8 Koper/opdrachtgever is verantwoordelijk voor een adequate afsluiting van de montageplaats.
6.9 Het boren in beton, indien daarvoor diamantboren nodig blijken te zijn, wordt extra berekend. Boren met diamant behoort tot een reële mogelijkheid indien de diameter van de betonwapening groter is dan 12 mm, dan wel in geval van hoge wapeningspercentages. Als gevolg van dit laatste zal tijdens het boren relatief bij veel boorgaten op wapeningsstaal worden gestoten.
6.10 Voor zover van bovenstaande uitgangspunten en voorwaarden wordt afgeweken, kan dit leiden tot meerkosten, welke naar de op dat moment geldende tarieven worden doorberekend aan de koper/opdrachtgever. Dit geldt ook, indien achteraf door de koper/opdrachtgever een regelmatige stellingindeling wordt gewijzigd in een onregelmatige indeling. Of wanneer de werkomstandigheden duidelijk ongunstiger zijn dan in een normaal “binnenklimaat”, bijvoorbeeld vanwege de noodzaak van openingen in wand en/of dak.
Artikel 7: Opleveren van de magazijninrichting
7.1 Ongebruikte restmaterialen blijven ter beschikking van verkoper/opdrachtnemer.
7.2 De montageplaats wordt bezemschoon opgeleverd.
7.3 De oplevering wordt afgesloten door het opmaken van een protocol, dat ondertekend wordt namens de verkoper/opdrachtnemer/opdrachtgever en de koper/opdrachtgever.